Onzichtbare invloeden

Onzichtbare invloeden op hondengedrag


De meeste stukken die ik over honden tegenkom gaan over training. Er wordt uitgelegd hoe honden leren en hoe je het gedrag kunt beïnvloeden. Met name leervormen (conditionering) komen veelvuldig aan bod. Het wekt de illusie dat alles aan te leren is, elke hond trainbaar is en dat je met de juiste vorm van training eigenlijk alles wel kunt bereiken.


Bij gedragsontwikkeling is het noodzakelijk om rekening te houden met meer factoren. Gedrag komt niet alleen tot uiting of tot ontwikkeling via leerervaringen met de buitenwereld. Er is zo veel meer dan training.


Ook binnen in het lichaam spelen zich processen af die sterke invloed kunnen hebben op het gedrag van een hond. Hieronder ga ik globaal in op een aantal van deze onzichtbare invloeden op gedrag.


Het zenuwstelsel

Het zenuwstelsel omvat vele verschillende stelsels met verschillende regulerende functies. Via deze stelsels worden constant allerlei vormen van informatie getransporteerd binnen het hondenlichaam. Dit kun je vergelijken met een grote brei van koppelingen, snelwegen, aansluitingen, aftakkingen, zandweggetjes, zijpaadjes, doodlopende straatjes, bruggetjes, hobbels, kuilen en rivieren. In de werkelijkheid betreft het grote complexe netwerken van zenuwverbindingen.


Via zowel elektrische impulsen als chemische signalen wordt informatie doorgegeven waarmee reacties in het lichaam kunnen worden aangewakkerd of afgeremd. Soms gebeurt dit via aangeleerde paden in de hersenen. Andere paden zijn bij geboorte al aangelegd (genetisch). Er bestaan ook automatische reflexen via snelwegen waarbij de hersenen niet eens aan bod komen. Op elk transport volgt een reactie binnen het lichaam met als doel: bijdragen aan de overleving en de individuele lichamelijke welzijnsbalans waarborgen.


Gebleken is dat gebruikte paden met een succesvolle uitkomst, zich sterker ontwikkelen. Het lijkt of er snelwegen geasfalteerd worden wanneer er regelmatig gebruik van wordt gemaakt. Bij veelvuldig gebruik worden deze wegen sneller ingeslagen. Dit is een van de redenen dat er gedragspatronen kunnen ontstaan die steeds herhaald worden. Wanneer een hond dus lang de tijd krijgt om (voor mensen probleemgevend of zorgelijk) gedrag herhaaldelijk te uiten (waarbij er intern wegen geasfalteerd worden), dan zal het lichaam eerder geneigd zijn om die bekende weg in te slaan, in plaats van te kiezen voor een nieuw, hobbelig zandweggetje dat mensen met een training-sessie proberen aan te leggen. Hierdoor kan het verbeteren of aanpassen van gedrag bij honden soms meer tijd kosten dan verwacht.


Chemische stofjes

Naast zenuwbanen met elektrische signalen worden ook stofjes getransporteerd door het lichaam (via de zenuwen, via de bloedbanen, maar ze kunnen ook aangemaakt worden binnen bepaalde cellen in het lichaam). Deze stofjes hebben ook invloed op gedrag. Sommige stofjes kunnen reacties versterken, anderen zullen deze juist afzwakken. Er zijn ook stofjes die reacties volledig in gang kunnen zetten wanneer zij vrij komen. Denk bijvoorbeeld aan hormonen als testosteron of oestrogeen. Zonder deze zou een hond geen seksualiteit hebben.

Oxytocine (zowel een neurotransmitter als een hormoon) komt bijvoorbeeld vrij wanneer honden pups verzorgen, maar bijvoorbeeld ook wanneer zij een sociale, liefdevolle band aangaan met de mensen waarmee zij samenleven.

Adrenaline zorgt dat het hondenlichaam klaargestoomd wordt voor actie, zoals vluchten of vechten, maar het komt ook vrij bij spel, plezier en tijdens jacht.

Cortisol kan kan er voor zorgen dat bepaalde lichamelijke processen afgeremd worden of stil komen te liggen, waardoor alle focus kan komen te liggen op het reageren op datgene wat stress veroorzaakt.


Er zijn stofjes die zorgen voor opwinding of voor kalmering. Stofjes die aanzetten tot agressieve reacties of die dit juist afremmen. Een verstoring in de balans kan ernstige gevolgen hebben. Niet alleen voor het gedrag, maar ook voor de gezondheid van honden. Zo kan langdurige stress het immuunsysteem van honden aantasten. Ook kan een verstoring van de chemische balans ervoor zorgen dat honden eerder agressief reageren of sneller angst ervaren. Dit is een van de redenen dat het soms verstandig kan zijn om hulp in te schakelen van een veterinaire gedragsdeskundige, een dierenarts die gespecialiseerd is in gedrag. De juiste medicatie kan er soms voor zorgen dat de chemische balans kan worden hersteld waardoor een hond weer toegankelijk raakt voor training en therapie.


Emoties

Een emotionele reactie kan omschreven worden als een reactie op een zintuigelijke waarnemingen waarbij er heftige gevoelens vrijkomen met expressieve gevolgen op het gedrag. Tijdens een emotionele reactie vinden er razendsnel veranderingen plaats in het lichaam. Dit heeft niet alleen effect op gedrag, maar ook op het lichaam. Emoties omvatten complexe neurologische netwerken in het brein die gedrag kunnen aandrijven. Andere lichamelijke processen worden afgeremd, onderdrukt of gestopt en alles wordt op alles gezet om te zorgen dat de hond tegemoet kan komen aan de emotionele behoefte van dat moment.


Dit kan verschillen. Angst is bijvoorbeeld een emotie waarbij een hond behoefte heeft aan veiligheid en alles op alles zet om zichzelf te beschermen. Dit kan vechten, vluchten of bevriezingsgedrag aandrijven. Lust is een emotie waarbij seksueel gedrag in gang wordt gezet. Er bestaan ook emoties die ervoor zorgen dat een hond sterk gemotiveerd raakt om een omgeving te verkennen of om op zoek te gaan naar eten. Het betreft primaire welzijnsbehoeftes. Ook emoties hebben als uiteindelijk doel: bijdragen aan overleving en het waarborgen van de individuele welzijnsbalans. Emoties worden daarom ook vaak wel overlevingsmechanismen genoemd.


Wanneer een hond een emotionele reactie ervaart is het goed om te beseffen dat er op zulke momenten weinig tot geen ruimte is voor andere vormen van verwerking. Dit is één van de redenen dat het zinloos is om trainingsresultaten te verwachten op momenten dat er bijvoorbeeld heftige agressie wordt getoond. Een hond die een heftige negatieve emotionele reactie ervaart is op dat moment niet of nauwelijks bereikbaar voor het verwerken van andersoortige informatie.


Lichamelijk ongemak

Hier sluit ik dit stuk mee af, maar eigenlijk is dit één van de invloeden waar als eerste aan gedacht zou moeten worden bij het zoeken naar een oorzaak voor zorgelijk gedrag of gedragsveranderingen van de hond. Is de hond fysiek gezond en/of is er sprake van lichamelijk ongemak? Een hond zal fysiek ongemak/pijnklachten willen vermijden of voorkomen. Deze behoefte kan ook een sterke invloed hebben op het gedrag.

Een pijnscheut kan reflexen in gang zetten als aanvallen (bijten) of vluchten. Plots stoppen met bewegen waarbij een opvallende houding wordt aangenomen of de hond gaat bijvoorbeeld zitten, leunen, liggen. Janken, nerveuze gedragspatronen, overmatig likken, bepaalde bewegingen niet meer goed uitvoeren. Dit zijn allemaal uitingen die in verband gebracht kunnen worden met lichamelijk ongemak. Soms is het zichtbaar, maar vaak is het heel lastig om vast te stellen. Denk bijvoorbeeld aan spierpijn of een scheurtje in een spiertje, wat vervelend pijn kan doen, maar niet gemakkelijk waar te nemen is door een buitenstaander. Denk ook aan misselijkheid of aan maag- darmklachten die kunnen spelen zonder dat dit duidelijk zichtbaar is in de ontlasting of in het gedrag van de hond. Plots kan een hond uit z'n slof schieten, net zoals wij mensen dat kunnen doen als we ons lichamelijk niet lekker voelen.

Door de grote invloed die fysiek ongemak op gedrag kan hebben, is het altijd verstandig om eventuele medische aandoeningen uit te laten sluiten door een dierenarts.

Lichamelijk ongemak train je niet even weg.



Bovenstaande is nog maar het topje van de ijsberg. Gelukkig wordt er steeds meer onderzoek gedaan naar de vele invloeden op gedrag. Er wordt steeds meer over geschreven. Gediplomeerde en gecertificeerde hondenprofessionals zijn verplicht om zich in deze materie te verdiepen en zich te blijven bijscholen. Schakel bij zorgen hulp in van welzijnsgerichte, bijgeschoolde professionals of veterinaire gedragsdeskundigen. Professionals die verder kijken dan het waarneembare gedrag en professionals die weten dat niet alles voortkomt of beïnvloed wordt door opvoeding of training.




Onder meer gelezen:

- Kolb, B. & Whishaw (2011). An Introduction to brain and behavior 3rd edition.

- Panksepp, J. (1998). Affective neuroscience

- Guidelines for the recognition and assessment of animal pain


Geschreven door Liselot Boersma, welzijnsdeskundige (PgDip CABW) en eigenaar van HondenLot, november 2015. Copy paste/directe overname van teksten of afbeeldingen is zonder schriftelijke toestemming niet toegestaan. Het delen van de URL van deze website pagina is wel toegestaan en wordt op prijs gesteld.


Meer lezen m.b.t. gedragstherapie: